Klak!
Een hoge, heldere toon klinkt door de lucht. Het is de toon van een driehoeksverhouding.
De driehoeksverhouding is een veelgebruikte verhouding in muziek. Ze wordt gebruikt om hoge tonen te maken, zoals die van een piccolo of een fluit. De verhouding is 2:1, wat betekent dat de lengte van de trillende snaar of luchtkolom twee keer zo kort is als de lengte van de ongetrillende snaar of luchtkolom.
In dit geval is de driehoek een metaalplaat met drie hoeken. De plaat wordt aangeslagen met een hamer. De hamer veroorzaakt trillingen in de plaat, die vervolgens geluidsgolven uitzenden. De trillingen van de plaat zijn in verhouding 2:1 tot de lengte van de ongetrillende plaat. Dit zorgt voor een hoge, heldere toon.
De toon van een driehoeksverhouding kan worden aangepast door de grootte van de driehoek te veranderen. Een grotere driehoek zal een lagere toon produceren, terwijl een kleinere driehoek een hogere toon produceren zal.
De driehoeksverhouding is een belangrijk onderdeel van veel muziekgenres. Ze wordt vaak gebruikt in klassieke muziek, jazz en folkmuziek.