Cremona, een stad in het noorden van Italië, staat bekend als de “vioolhoofdstad van de wereld”. Al eeuwenlang worden er in Cremona violen, altviolen, cello’s en contrabassen gebouwd. De violen uit Cremona worden gekenmerkt door hun prachtige klank en hun hoge kwaliteit.
De traditie van de vioolbouw in Cremona gaat terug tot de 16e eeuw. In die tijd woonden er in Cremona verschillende families van vioolbouwers, waaronder de families Amati, Stradivari en Guarneri. Deze families ontwikkelden nieuwe technieken voor het bouwen van violen, waardoor de klank van de violen uit Cremona steeds beter werd.
De bekendste vioolbouwer uit Cremona is Antonio Stradivari (1644-1737). Stradivari bouwde in zijn leven meer dan 1000 violen, die nog steeds tot de beste violen ter wereld behoren. De violen van Stradivari worden gekenmerkt door hun heldere en volachtige klank.
De violen uit Cremona zijn zeer gewild onder musici. Ze worden gebruikt door de beste violisten ter wereld, zoals Jascha Heifetz, Yehudi Menuhin en Anne-Sophie Mutter. De violen uit Cremona zijn ook zeer waardevol. Een Stradivarius kan miljoenen euro’s waard zijn.
De traditionele vioolbouwkunst in Cremona werd in 2012 opgenomen in de lijst van Werelderfgoed van de UNESCO. Dit betekent dat de kunst van het bouwen van violen in Cremona als een uniek en waardevol onderdeel van de wereldcultuur wordt beschouwd.
Hier zijn enkele kenmerken van een viool uit Cremona:
- Het hout is van hoge kwaliteit. De violen worden gemaakt van sparrenhout voor de bovenkant en ahornhout voor de achterkant en zijkanten.
- De verhoudingen van de viool zijn perfect afgestemd. Dit zorgt voor een optimale klank.
- De viool is perfect afgewerkt. De details zijn met de grootste zorg gemaakt.
Een viool uit Cremona is een uniek en waardevol instrument. Het is een symbool van de traditie en de kwaliteit van de vioolbouw in Cremona.