In 2024 ondergaat de Algemene Ouderdomswet (AOW) een aanpassing waardoor de uitkeringen stijgen. Dit is het gevolg van de recente koppeling van de AOW aan het minimumloon, die vanaf het nieuwe jaar verandert van een minimumloon per maand naar een minimum uurloon.
Verhoging van de AOW-bedragen
Vanaf 1 januari 2024 ontvangen alleenstaanden een hoger AOW-bedrag van €1.541,53 bruto per maand. Voor echtparen en samenwonenden stijgt dit bedrag naar €1.047,60 per persoon.
Alleenstaanden | Echtparen/samenwonenden (per persoon) |
---|---|
€1.541,53 bruto/maand | €1.047,60 bruto/maand |
Loonheffing en Netto Bedragen
Onder aftrek van loonheffing van €293,42, komt het netto bedrag uit op €1.166,11 voor alleenstaanden. Deze bedragen zijn inclusief de inkomensondersteuning AOW van €55,00.
Opbouw Vakantiegeld
Naast de maandelijkse AOW bouwt men ook vakantiegeld op, dat in mei wordt uitgekeerd. De hoogte hiervan is vastgesteld op €76,20 bruto per maand.
Toekomstige aanpassingen
De AOW-bedragen worden tweemaal per jaar bijgesteld, op 1 januari en op 1 juli, om deze in lijn te houden met de ontwikkeling van de lonen in Nederland.
Personen die de AOW-leeftijd bereiken na deze datum dienen rekening te houden met een verhoging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar.
Met deze wijzigingen en verhogingen zorgt de Nederlandse overheid ervoor dat de oudere bevolking een AOW-uitkering ontvangt die de veranderingen in de levensomstandigheden weerspiegelt. Het is belangrijk dat AOW-gerechtigden hun persoonlijke situatie controleren om te zien hoe deze wijzigingen van invloed zijn op hun financiën.
Overige belangrijke informatie
Het is cruciaal voor inwoners om rekening te houden met de individuele fiscale situatie en mogelijke loonheffingskorting die van invloed kunnen zijn op de uiteindelijke netto AOW-uitkering.
Voor meer informatie kunnen burgers terecht bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) of hun financieel adviseur voor advies op maat.