De golfclub die wordt gebruikt om af te slaan op de tee is de driver. De driver is de grootste golfclub in de set, met een lang shaft en een groot clubhoofd. Het clubblad van de driver is meestal gemaakt van titanium of carbon, en heeft een loft van ongeveer 10 graden. De loft is de hoek van het clubblad ten opzichte van de grond. Een hogere loft zorgt ervoor dat de bal hoger opstijgt, terwijl een lagere loft ervoor zorgt dat de bal verder vliegt.
De driver wordt gebruikt om de bal zo ver mogelijk weg te slaan, zodat de golfer een kortere afstand heeft om de green te bereiken. De driver wordt altijd gebruikt vanaf de tee, die een verhoogd platform is aan het begin van elke hole.
Naast de driver kunnen er ook andere golfclubs worden gebruikt om af te slaan op de tee, zoals een fairway wood of een hybride. Fairway woods hebben een kleiner clubhoofd en meer loft dan de driver, waardoor ze meer controle bieden. Hybrides zijn een kruising tussen een ijzer en een fairway wood, en bieden een combinatie van afstand en controle.
De keuze van de juiste golfclub om af te slaan op de tee hangt af van verschillende factoren, zoals de afstand tot de green, de windrichting en de spelvaardigheid van de golfer.