In de Nederlandse samenleving wordt er vaak een stereotype beeld geschetst van wat een ‘slimme meid’ zou moeten kiezen voor vakken op school. Dit stereotype beeld wordt vaak geassocieerd met vakken als wiskunde, natuurkunde, en scheikunde. Deze vakken worden gezien als ‘harde’ vakken die veel ‘intellect’ vereisen.
Dit stereotype beeld heeft een aantal negatieve gevolgen. Ten eerste kan het ervoor zorgen dat meisjes zich minder aangetrokken voelen tot vakken die niet aan dit stereotypebeeld voldoen. Ten tweede kan het ervoor zorgen dat meisjes minder worden gestimuleerd om te kiezen voor vakken die wel aan dit stereotypebeeld voldoen, maar die misschien niet bij hun interesses passen.
In de praktijk is er echter geen bewijs dat meisjes minder intelligent zijn dan jongens. Meisjes presteren net zo goed als jongens op alle vakken, inclusief wiskunde, natuurkunde, en scheikunde.
Het is belangrijk om te onthouden dat intelligentie zich op verschillende manieren kan manifesteren. Er zijn veel verschillende soorten intelligentie, en niet alle intelligentie wordt in de schoolomgeving getest.
Het is belangrijk om meisjes te stimuleren om te kiezen voor de vakken die bij hun interesses en talenten passen. Dit betekent ook dat meisjes moeten worden aangemoedigd om te kiezen voor vakken die niet aan het stereotypebeeld voldoen van een ‘slimme meid’.
Hier zijn enkele voorbeelden van vakken die meisjes zouden kunnen kiezen, maar die niet aan het stereotypebeeld voldoen:
- Taal en literatuur
- Kunst en cultuur
- Geschiedenis en maatschappijleer
- Economie en bedrijfskunde
- Psychologie en sociologie
Deze vakken kunnen net zo uitdagend en intellectueel stimulerend zijn als de vakken die vaak worden geassocieerd met ‘slimme meiden’. Het is belangrijk dat meisjes de mogelijkheid hebben om te kiezen voor de vakken die hen het meest interesseren en die hen zullen helpen om hun volledige potentieel te bereiken.