Hier zijn 4 voorbeelden van dingen die wel eens in de lucht hangen:
- Een voorgevoel. Je hebt het gevoel dat er iets gaat gebeuren, maar je weet niet wat. Dit kan een goed of een slecht gevoel zijn.
- Een spanning. Er is een onrustige of onprettige sfeer in de lucht. Dit kan bijvoorbeeld komen door een conflict of een gebeurtenis die op handen is.
- Een verwachting. Iedereen wacht op iets, bijvoorbeeld op een uitslag, een beslissing of een gebeurtenis.
- Een geheim. Iedereen weet dat er iets is, maar niemand weet wat het is. Dit kan spannend zijn, maar ook verwarrend of zelfs gevaarlijk.
Hier zijn nog een paar voorbeelden:
- Een geur. Je ruikt iets, maar je kunt niet precies zeggen wat het is. Dit kan een aangename of een onaangename geur zijn.
- Een geluid. Je hoort iets, maar je kunt niet precies zeggen wat het is. Dit kan een zacht of een hard geluid zijn.
- Een gevoel. Je voelt iets, maar je kunt niet precies zeggen wat het is. Dit kan een goed of een slecht gevoel zijn.
De uitdrukking “het hangt in de lucht” wordt vaak gebruikt om iets aan te duiden dat niet concreet is, maar wel voelbaar of merkbaar is. Het kan een positieve of een negatieve connotatie hebben.