Het antwoord op deze vraag hangt af van de context. In het algemeen kan Engels spreken in de oorlog een risico zijn, omdat het vijandige troepen in staat kan stellen om je te begrijpen. Als je in een gebied bent waar er een oorlog is, is het daarom verstandig om je taalgebruik te beperken tot de taal die door de lokale bevolking wordt gesproken.
Er zijn echter ook situaties waarin Engels spreken in de oorlog nuttig kan zijn. Als je bijvoorbeeld in contact moet komen met buitenlandse troepen of met internationale organisaties, is het belangrijk om Engels te kunnen spreken. Ook als je informatie wilt delen met mensen uit andere landen, kan Engels een nuttig hulpmiddel zijn.
In de context van de Nederlandse Staatscourant uit 1914 is de uitspraak “Engels spreken en zulke aanspraken op den voorgrond te stellen, is onzin” te begrijpen als een reactie op de Britse oorlogsverklaring aan Duitsland. De Duitsers vonden dat het onzin was dat de Britten zich opwierpen als de beschermers van de neutrale landen, terwijl ze zelf een oorlog begonnen.
In de context van de situatie in Shaykh Uthman, ‘Adan Governorate, Yemen, is het belangrijk om te weten dat Engels de lingua franca van de internationale gemeenschap is. Als je in contact moet komen met internationale organisaties of met buitenlandse troepen, is het dus belangrijk om Engels te kunnen spreken.
Concluderend kan worden gesteld dat Engels spreken in de oorlog niet altijd onzin is. Het hangt af van de context. In sommige situaties kan het een risico zijn, terwijl het in andere situaties nuttig kan zijn.