Het was een koude winterdag in het Noorden van Nederland. De sneeuw lag meters hoog en de wind joeg door de bomen. In een klein dorpje aan de rand van een bos woonde een man met zijn grote kater, Poes. Poes was een bijzondere kater. Hij was groot en gespierd, met een lange, zijdeachtige vacht. Hij was ook erg intelligent en speels.
Op een dag besloot de man om met Poes naar de provinciehoofdstad te gaan. Hij had een belangrijke afspraak en hij wist dat Poes hem goed zou gezelschap houden.
De man trok zijn warme kleren aan en maakte de slee klaar. Poes sprong in de slee en de man nam de teugels in zijn handen.
De slee glibberde over de sneeuw en de man en Poes renden door het bos. De wind blies door hun haren en de sneeuw vloog in hun gezicht.
Na een paar uur kwamen ze bij de provinciehoofdstad aan. De man zette de slee neer en Poes sprong eruit.
De man ging naar zijn afspraak en Poes ging op verkenning in de stad. Hij snuffelde aan de struiken en bomen en hij sprong over de sneeuw.
Na een paar uur kwam de man terug van zijn afspraak. Hij was moe, maar hij was ook blij dat hij Poes bij zich had gehad.
De man en Poes gingen terug naar huis. De slee gleed over de sneeuw en de man en Poes waren gelukkig dat ze samen waren.
**
Hier is een andere versie van het verhaal:
De man en Poes waren al jarenlang vrienden. Ze deden alles samen, van wandelen in het bos tot slapen op de bank.
Op een dag besloot de man om met Poes naar de provinciehoofdstad te gaan. Hij had een belangrijke afspraak en hij wist dat Poes hem goed zou gezelschap houden.
De man trok zijn warme kleren aan en maakte de slee klaar. Poes sprong in de slee en de man nam de teugels in zijn handen.
De slee glibberde over de sneeuw en de man en Poes renden door het bos. De wind blies door hun haren en de sneeuw vloog in hun gezicht.
Na een paar uur kwamen ze bij de provinciehoofdstad aan. De man zette de slee neer en Poes sprong eruit.
De man ging naar zijn afspraak en Poes ging op verkenning in de stad. Hij snuffelde aan de struiken en bomen en hij sprong over de sneeuw.
Na een paar uur kwam de man terug van zijn afspraak. Hij was moe, maar hij was ook blij dat hij Poes bij zich had gehad.
De man en Poes gingen naar een café om wat te eten en te drinken. Ze zaten aan een tafeltje bij het raam en keken uit over de stad.
“Dit was een geweldige dag”, zei de man. “Dank je wel, Poes.”
Poes knipperde met zijn ogen. Hij was blij dat hij de man had kunnen vergezellen.
Na het eten en drinken gingen de man en Poes terug naar huis. De slee gleed over de sneeuw en de man en Poes waren gelukkig dat ze samen waren.
**
Welke versie van het verhaal vind je het leukst?