Er zijn veel manieren om iets op een negatieve manier af te ronden. Hier zijn een paar voorbeelden:
- Met een fout of misstap. Stel je voor dat je een presentatie hebt voorbereid en je hebt alles goed geoefend. Maar als je aan het einde van je presentatie komt, maak je een foutje. Je zegt iets verkeerd of je stapelt je woorden door elkaar. Dit kan een negatieve indruk achterlaten bij je publiek.
- Met een negatieve opmerking. Stel je voor dat je een schilderij hebt gemaakt en je bent er trots op. Maar als je het aan iemand laat zien, maakt diegene een negatieve opmerking. Hij zegt bijvoorbeeld dat het schilderij niet mooi is of dat het niet goed is gemaakt. Dit kan je zelfvertrouwen flink schaden.
- Met een negatieve uitkomst. Stel je voor dat je een project hebt gestart en je hebt er hard aan gewerkt. Maar als het project is afgerond, is de uitkomst niet zoals je had gehoopt. Het project is niet succesvol of het heeft niet het gewenste resultaat bereikt. Dit kan je teleurstellen en je motivatie verminderen.
Hier zijn een paar specifieke voorbeelden van hoe je de finishing touch kunt geven op een negatieve manier in 5.12:
- Een boek afsluiten met een onbevredigende of tragische afloop. Dit kan de lezer een gevoel van onrust of verdriet achterlaten.
- Een film eindigen met een cliffhanger. Dit kan de kijker nieuwsgierig maken naar een vervolg, maar het kan ook frustrerend zijn als het vervolg nooit komt.
- Een televisieprogramma eindigen met een onverwachte wending. Dit kan de kijker verrassen, maar het kan ook verwarrend of teleurstellend zijn als de wending niet goed wordt uitgelegd.
Uiteindelijk hangt het af van de context welke manier van afsluiten als negatief wordt ervaren. Wat voor de één een negatieve afloop is, kan voor de ander juist een positieve afloop zijn.