Kraakbeen komt voor op vier plaatsen in het lichaam:
- In de gewrichten. Kraakbeen bedekt de uiteinden van de botten in de gewrichten. Dit zorgt ervoor dat de botten soepel over elkaar kunnen glijden en dat wrijving wordt verminderd.
- In de tussenwervelschijven. Tussenwervelschijven zijn schijven van kraakbeen die de ruggenwervels van elkaar scheiden. Ze zorgen voor schokdemping en flexibiliteit van de ruggengraat.
- In de luchtpijp. De luchtpijp is een buis die lucht van de mond en neus naar de longen vervoert. De luchtpijp is aan de binnenkant bekleed met kraakbeenringen. Deze ringen zorgen ervoor dat de luchtpijp open blijft en dat lucht kan stromen.
- In het oor. In het oor bevindt zich kraakbeen in de oorschelp, het trommelvlies en het middenoor. Het kraakbeen in het oor zorgt ervoor dat geluiden goed kunnen worden opgevangen en doorgegeven.
Daarnaast komt kraakbeen ook voor in andere delen van het lichaam, zoals in de neus, de knieën en de schouders.