In de Griekse oudheid was de stadstaat Sparta berucht om haar militaristische samenleving. De Spartanen geloofden dat het leger de sleutel was tot hun succes, en daarom werd de militaire opleiding van hun burgers van jongs af aan benadrukt.
Vanaf hun zevende jaar werden Spartanen jongens van hun families gescheiden en naar een “agoge” gebracht, een soort militaire school. Daar kregen ze een strenge opleiding in vechtsport, atletiek, en discipline. Ze moesten leren om hard te werken, pijn te verdragen, en te gehoorzamen aan hun autoriteiten.
Spartaanse meisjes kregen ook een militaire opleiding, maar niet zo uitgebreid als de jongens. Ze leerden om te vechten, maar ook om voor hun gezinnen te zorgen en hun mannen te steunen in het leger.
De militaire opleiding van de Spartanen was zeer effectief. De Spartanen waren een van de meest gevreesde legers in de Griekse wereld, en ze waren een belangrijke factor in de Griekse overwinning in de Peloponnesische oorlog tegen Athene.
De militaristische samenleving van Sparta was niet zonder problemen. De Spartanen waren vaak hard en wreed, en ze waren niet erg geïnteresseerd in kunst, cultuur of filosofie. Ze werden ook steeds meer geïsoleerd van de rest van de Griekse wereld.
Uiteindelijk leidde dit tot de ondergang van Sparta. In de 3e eeuw voor Christus werd Sparta verslagen door de Macedoniërs, en het verloor zijn macht en invloed.