In zijn boek “De Kijker” stelt Ouariachi dat de kijker niet dom is. Hij stelt dat de kijker juist heel intelligent is en in staat is om complexe boodschappen te begrijpen. De kijker is echter wel zwak, omdat hij afhankelijk is van de media voor informatie. De media kunnen de kijker beïnvloeden en hem voorliegen.
Ouariachi geeft een aantal voorbeelden van hoe de media de kijker kunnen beïnvloeden. Zo kunnen ze de kijker bang maken door negatieve nieuwsberichten. Ze kunnen de kijker ook manipuleren door hem te laten geloven in dingen die niet waar zijn.
Ouariachi stelt dat het belangrijk is dat de kijker zich bewust is van deze invloeden van de media. De kijker moet kritisch zijn en zelf nadenken over wat hij ziet en hoort.
In de zin “Wat de kijker niet is, zegt Ouariachi zwak of stompzinnig” wordt dus bedoeld dat de kijker niet dom is, maar wel zwak. De kijker is zwak omdat hij afhankelijk is van de media.
Een andere manier om de zin te interpreteren is dat Ouariachi zegt dat de kijker niet is wat de media hem willen laten geloven. De media willen de kijker vaak dom of stompzinnig laten lijken, maar de kijker is dat niet.
De exacte betekenis van de zin hangt dus af van de context waarin deze wordt gebruikt.