Een bobcat is een middelgrote katachtige die voorkomt in Noord-Amerika. Het is de enige katachtige die inheems is in de Verenigde Staten. Bobcats zijn ongeveer 48 tot 120 cm lang en wegen 4 tot 18 kg. Ze hebben een roodbruine of grijze vacht met zwarte vlekken en strepen. Bobcats hebben ook lange, puntige oren met pluimen.
Bobcats zijn solitaire dieren die leven in loofbossen, naaldbossen, graslanden en woestijnen. Ze zijn roofdieren en jagen op kleine zoogdieren, zoals konijnen, hazen, ratten en muizen. Bobcats kunnen ook grotere dieren doden, zoals herten, schapen en geiten.
Bobcats zijn nachtdieren en jagen meestal ‘s nachts. Ze gebruiken hun scherpe zicht en gehoor om prooien te vinden. Bobcats zijn ook uitstekende klimmers en kunnen in bomen klimmen om prooien te pakken.
Bobcats zijn seksueel volwassen wanneer ze 1 jaar oud zijn. De paartijd is in de winter en de vrouwtjes werpen meestal 1 tot 6 kittens. De kittens worden geboren in een hol in een boom of een andere schuilplaats. Ze worden door hun moeder gevoed tot ze ongeveer 6 maanden oud zijn.
Bobcats zijn niet bedreigd en hebben een stabiele populatie. Ze worden soms gedood door jagers, maar ze worden ook beschermd door de wet in veel landen.