Gedoogsteun is, in de politiek, steun die een oppositiepartij geeft aan een minderheidskabinet. Een minderheidskabinet is een kabinet dat geen meerderheid heeft in de Tweede Kamer. De gedoogpartijen geven hun steun aan het kabinet door in de Tweede Kamer vóór de besluiten van het kabinet te stemmen.
Gedoogsteun kan worden gegeven aan een kabinet dat is gevormd door partijen die elkaar niet kunnen vinden in een coalitie. De gedoogpartijen kunnen dan toch invloed uitoefenen op het beleid van het kabinet.
Gedoogsteun kan ook worden gegeven om te voorkomen dat er geen kabinet wordt gevormd. Als geen enkele coalitiepartij een meerderheid in de Tweede Kamer heeft, kan een gedoogconstructie een oplossing zijn.
Gedoogsteun is een minder stabiele situatie dan een kabinet met een meerderheid in de Tweede Kamer. De gedoogpartijen kunnen immers op elk moment hun steun intrekken.
In Nederland is gedoogsteun enkele keren toegepast. In 1982 werd een kabinet gevormd door CDA, D66 en PPR, met gedoogsteun van de PvdA. In 2010 werd een kabinet gevormd door VVD en CDA, met gedoogsteun van de PVV. In 2023 is de VVD mogelijk bereid om gedoogsteun te geven aan een centrumrechts kabinet.
De gedoogpartijen hebben geen ministers of staatssecretarissen in het kabinet. Ze hebben wel invloed op het beleid van het kabinet, doordat ze hun steun kunnen intrekken.